Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Open communicatie in een vroeg stadium is belangrijk

Als iemand in uw omgeving terminaal ziek is

Als iemand in uw omgeving terminaal ziek is

DOREEN was geschokt toen werd vastgesteld dat haar man, Wesley, die nog maar 54 was, een zeer agressieve hersentumor had. * De artsen gaven hem nog maar een paar maanden. ‘Ik kon het niet geloven’, vertelt ze. ‘Ik was wekenlang totaal lamgeslagen. Het was alsof het anderen overkwam, niet ons. Ik was er niet op voorbereid.’

Helaas is dat een veelvoorkomend scenario. Een terminale ziekte kan iedereen plotseling treffen. Het is te prijzen dat velen bereid zijn om voor een dierbare te zorgen die terminaal ziek is. Maar iemand verzorgen is een zware taak. Wat kunnen familieleden doen om een terminale patiënt te troosten en te verzorgen? Hoe kunnen verzorgers omgaan met de verschillende emoties die ze tijdens het verloop van de ziekte misschien ervaren? Wat kunnen ze verwachten als de dood dichterbij komt? Laten we eerst eens kijken waarom het tegenwoordig een unieke uitdaging is om voor iemand te zorgen die terminaal is.

EEN HEDENDAAGS DILEMMA

Door de medische wetenschap is er veel veranderd. Ongeveer honderd jaar geleden was de gemiddelde levensverwachting veel korter, ook in meer ontwikkelde landen. Mensen overleden snel aan infectieziekten of door ongelukken. Ziekenhuiszorg was beperkt beschikbaar, en de meeste mensen werden door hun familie verzorgd en stierven thuis.

Tegenwoordig kunnen artsen dankzij de medische vooruitgang ziekten steeds beter bestrijden en zo iemands leven verlengen. Ziekten waaraan iemand vroeger snel bezweek, kunnen nu jarenlang duren. Maar een langere levensduur betekent niet per se dat mensen ook genezen. Patiënten hebben vaak ernstige ongemakken, waardoor ze niet voor zichzelf kunnen zorgen. De zorg voor zulke personen is erg ingewikkeld en veeleisend geworden.

Het gevolg is dat steeds meer mensen in een ziekenhuis of zorginstelling overlijden in plaats van thuis. De meeste mensen weten niet veel van het stervensproces en maar weinig mensen hebben ook echt iemand zien sterven. De angst voor het onbekende kan het voor iemand moeilijk of zelfs onmogelijk maken om voor een ziek familielid te zorgen. Wat kan een hulp zijn?

PLAN VOORUIT

Veel mensen zijn er net als Doreen helemaal kapot van als ze horen dat iemand van wie ze houden terminaal ziek is. Hoe kunt u zich ondanks de zorgen, de angst en het verdriet voorbereiden op wat er komen gaat? Een trouwe aanbidder van God bad: ‘Toon ons hoe onze dagen eigenlijk zó te tellen dat wij een hart van wijsheid bekomen’ (Psalm 90:12). Bid dus oprecht of Jehovah, God, u wil helpen om uw dagen verstandig ‘te tellen’, zodat u de tijd die u nog met uw dierbare hebt, zo goed mogelijk kunt besteden.

Daar is een goede planning voor nodig. Als de zieke nog steeds kan communiceren en over de kwestie wil praten, is het misschien verstandig hem te vragen wie beslissingen voor hem moet nemen als hij dat niet meer kan. Openlijk praten over de vraag of hij gereanimeerd wil worden en hoe hij denkt over bepaalde behandelingen en ziekenhuisopname, kan misverstanden en schuldgevoelens beperken bij familieleden die later beslissingen voor hem moeten nemen. Door open communicatie in een vroeg stadium kan de familie zich helemaal concentreren op de verzorging van de zieke. ‘Plannen zijn tot mislukking gedoemd waar geen vertrouwelijk gesprek is’ (Spreuken 15:22).

PRAKTISCHE HULP

De voornaamste rol van de verzorger is gewoonlijk steun geven. Iemand die stervende is, moet ervan verzekerd worden dat anderen van hem houden en dat hij niet alleen is. Hoe kunt u dat doen? Lees iets voor of zing voor de patiënt, en kies lectuur of liedjes die opbouwend zijn en waar hij van geniet. Veel mensen vinden het fijn als een familielid hun hand vasthoudt en zachtjes tegen ze praat.

Het is vaak nuttig om de naam te noemen van bezoekers. Een artikel zegt: ‘Het gehoor is naar verluidt het laatste van de vijf zintuigen dat verdwijnt. Het gehoor kan nog steeds zeer scherp zijn ook al lijken [patiënten] te slapen. Zeg dus niets in hun bijzijn dat je niet zou zeggen als ze wakker waren.’

Bid samen als dat mogelijk is. De Bijbel vertelt over een situatie waarin Paulus en zijn reisgenoten onder zware druk stonden en hun leven in gevaar was. Waar zochten ze hulp? Paulus vroeg zijn vrienden: ‘Ook gij kunt meehelpen door uw smeking voor ons’ (2 Korinthiërs 1:8-11). Bij extreme stress en ernstige ziekte zijn oprechte gebeden van onschatbare waarde.

ZIE DE REALITEIT ONDER OGEN

Alleen al het idee dat een dierbare doodgaat doet vaak veel pijn. Dat is logisch, want de dood is iets onnatuurlijks. We zijn niet gemaakt om de dood als een normaal deel van het leven te accepteren (Romeinen 5:12). Gods Woord noemt de dood dan ook een ‘vijand’ (1 Korinthiërs 15:26). Het is dus begrijpelijk, en zelfs normaal, dat we liever niet nadenken over de dood van iemand van wie we houden.

Maar als familieleden stilstaan bij wat er zou kunnen gebeuren, zullen ze waarschijnlijk minder angstig zijn. Dan kunnen ze zich erop concentreren de situatie zo draaglijk mogelijk te maken. Het kader ‘ De laatste weken’ noemt enkele symptomen die kunnen optreden. Natuurlijk gelden die dingen niet voor elke patiënt en gebeuren ze ook niet per se in die volgorde. Maar de meeste patiënten vertonen op zijn minst enkele van deze symptomen.

Na het overlijden van een dierbare kan het verstandig zijn contact op te nemen met een goede vriend die beloofd heeft te helpen. Veel verzorgers en familieleden hebben de bevestiging nodig dat de beproeving van hun dierbare voorbij is en dat hij niet meer lijdt. De Schepper van de mens verzekert ons liefdevol dat ‘de doden zich van helemaal niets bewust zijn’ (Prediker 9:5).

DE BESTE VERZORGER

We kunnen leren om hulp van anderen niet af te wijzen

Vertrouwen op God is essentieel, niet alleen tijdens de terminale ziekte van een familielid maar ook tijdens de rouwperiode na het overlijden. God kan u helpen via wat anderen zeggen of doen. ‘Ik heb geleerd om hulp van anderen niet af te wijzen’, zegt Doreen. ‘De hoeveelheid hulp die mijn man en ik kregen was trouwens overweldigend. Het was voor ons overduidelijk dat dit de manier was waarop Jehovah zei: “Ik ben er voor jullie om jullie erdoorheen te helpen.” Dat zal ik nooit vergeten.’

Jehovah is inderdaad de beste verzorger. Hij heeft ons gemaakt en begrijpt onze pijn en ons verdriet. Hij kan en wil graag de nodige hulp en aanmoediging geven zodat we het kunnen volhouden. En hij heeft beloofd dat hij binnenkort voor altijd een eind zal maken aan de dood en dat hij de miljarden mensen die in zijn herinnering zijn weer tot leven zal brengen (Johannes 5:28, 29; Openbaring 21:3, 4). Dan kan iedereen net als Paulus zeggen: ‘Dood, waar is uw overwinning? Dood, waar is uw angel?’ — 1 Korinthiërs 15:55.

^ ¶2 De namen zijn veranderd.